Vissen
Aanbevelingen bij het toevoegen van nieuwe vijvervissen
Aankoop
Exemplaren kiezen uit goed onderhouden verkoop bakken. De vissen in de winkel observeren en letten op: gezondheidstoestand, vlekken op de huid, eventueel dode vissen in de bak. De vissen moeten levendig zijn en zich normaal gedragen.
Temperatuur
Wachten tot het vijverwater op temperatuur is gekomen (april, mei); tenzij de vissen het hele jaar buiten gebleven zijn. Belangrijk is dat het filtersysteem al een tijd in werking gezet is.
Transporteren
Wat betreft transport de vissen liefst in het donker transporteren. Zo kalm mogelijk. Daarom wordt de opgeblazen zak met vissen best in een doos gelegd die je op de achterbank zet, beschermd tegen de zonnestralen. De temperatuur blijft zo stabiel mogelijk.
Overplaatsing
Aangekomen op de bestemming bij de vijver leg je de gesloten zak gedurende 20 minuten in de schaduw in het water van de vijver.
Vervolgens laat je 50% van het water uit de zak weglopen en vervangt dit door water uit de vijver. Je wacht nog 5 minuten.
Nu laat je de vissen vrij; ze verlaten de transportzak in kalmte.
Observatie
Als er al vissen in de vijver aanwezig zijn is het aanbevolen de nieuwkomers eerst in quarantaine te plaatsen om ze te kunnen observeren.
Zijn vissen ooit ziek?
Ja, vissen kunnen ziek worden.
Veel veroorzakers van visziektes zijn een natuurlijk deel van het leefmilieu.
Zo dragen de vissen meestal kleine populaties eencellige parasieten mee.
Ze worden normaal gezien onder controle gehouden door het afweersysteem van de vissen.
De parasieten gaan zich pas massaal vermenigvuldigen wanneer de vis verzwakt is door uitwendige invloeden en stressfactoren.
Een verandering in één of meer milieufactoren kan de balans doen doorslaan in het voordeel van de vis ofwel in het voordeel van de parasieten. In het laatste geval worden de vissen ziek.
Goudvis (carassius auratus)
De goudvissen worden al sinds ongeveer 4500 jaar gekweekt in China. Omstreeks 350 na Chr ontstond de oranje gekleurde vorm. De eerste goudvissen arriveerden in de 17e eeuw in Europa. Het zijn weinig eisen stellende vissen. Ze zijn populair voor vijvers en aquaria en voor de 'goudvissenbokaal'. Hoewel goudvissen in theorie 30 à 40 cm groot kunnen worden blijven ze meestal kleiner. Het zijn rustige vredelievende vissen. Ze houden ervan in groep te leven. Ze hebben een groot aanpassingsvermogen. De goudvissen verdragen allerlei leefomstandigheden, ook moeilijke.
Zijn alle vormen van de goudvis geschikt voor je tuinvijver?
Neen, er bestaan heel wat variëteiten van de goudvis maar die zijn niet allemaal geschikt voor je buitenvijver.
De vormen met uitpuilende ogen, afhangende staarten, dikke buiken en dergelijke zijn te traag voor je buitenvijver en een te makkelijke prooi voor rovers. De variëteiten die dichter aanleunen bij de wildvorm zoals de shubunkin, de komeetstaart en de sarassa zijn beter geschikt voor je tuinvijver.
De goudvissen hebben de neiging soms wat te woelen. Ze eten wat van zachte plantendelen, ook van zuurstofplanten. Over het algemeen veroorzaken ze niet al te veel problemen. Vergeet niet dat ze de neiging hebben zich snel voort te planten.
Winde (leuciscus idus)
De windes leven in scholen. Het zijn geliefde vijvervissen. Ze zwemmen met grote snelheid door het water.
Het gaat om een langgerekte vijvervis met licht bolstaande rug. Het lichaam is met bedekt met duidelijke schubben. De winde kan tot ongeveer 60 cm lang worden. De windes leven in scholen. Het zijn geliefde vijvervissen. Ze zwemmen met grote snelheid door het water. Hun harmonische bewegen zijn aangenaam om naar te kijken. Hun carnivore karakter wordt erg op prijs gesteld. Ze woelen niet en trekken geen planten uit. Ze eten nauwelijks iets plantaardigs maar leven vooral van insecten die ze vangen. De wildvorm werd uitgezet in parken. De oranje vorm is het meest populair. Hij is goed zichtbaar in de vijver en wordt 'goudwinde' genoemd of Leuciscus idus var. Auratus. Er bestaat ook een blauwgekleurde vorm, de blauwe winde.
In school zwemmend zijn de gekleurde windes goed zichtbaar. Ze lokken andere vissen naar het wateroppervlak. Ze kunnen tot 30 cm hoog uit het water springen om muggen en andere insecten te vangen. Soms kunnen de windes zich gaan vermenigvuldigen. De aanwezigheid van een schooltje is een vereiste. Ze hebben een ondiepe zone nodig met keien en planten. De eieren kunnen eraan kleven. Weinig of geen jonge visjes slagen erin te ontsnappen aan de roofzucht van hun ouders. Het minimum aantal windes dat je uitzet in de vijver bedraag 7 à 10 stuks. Ze groeien snel. De windes kunnen groot worden maar enkel en alleen als de waterkwaliteit onberispelijk is.
Waarom zet je best goudwindes in vijvers?
Windes zijn slanke, snelle vissen die zich in een schooltje soortgenoten thuis voelt in je middelgrote of grote vijver of zwemvijver. Goudwindes woelen niet, eten geen planten en vertoeven veel aan het wateroppervlak. Dat maakt dat ze goed zichtbaar zijn. Ze springen vaak omhoog, muggen en vliegen vangend. Windes zijn erg gevoelig aan medicatie en chemische verontreiniging. Wanneer de windes sterven is dat een alarmteken: er is duidelijk iets mis met je vijver. Daarom zie je vaak windes in koivijvers en in zwemvijvers. Zie je de flets oranje kleur van de goudwindes niet zo graag, kies dan voor blauwe windes. Die zijn ook goed zichtbaar.
Hoe vervoer je vissen het best?
Heb je net nieuwe vissen aangeschaft, maar je weet niet hoe je ze het best vervoert?
Leg de plastic zak met vissen tijdens het vervoer niet in de zon, maar het liefst in een gesloten kartonnen doos.
Voor lange reizen per voertuig leg je deze doos het best op de zetel of achterbank. Het water zal dan minder wild klotsen en de vissen zullen het rustiger hebben tijdens het vervoer.
Moet je ingrijpen als je vijvervissen vechten?
De vissen schieten door het water, ze klappen met hun staart en zijn opgewonden. Sommige vijverliefhebbers denken dan dat hun vissen aan het vechten zijn. Misschien worden de dieren dan apart gezet, wat spijtig genoeg soms resulteert in de dood van de vrouwtjesdieren.
Het gaat niet om vechten, maar... wat je ziet is het paaien van de vissen. Bij het afstoten van de duizenden eieren worden de vrouwtje geholpen door de mannetjes. Zij drukken met hun kop tegen de zijlijn van de vrouwtjes om de lozing van de eieren te bevorderen. Het hele spektakel duurt soms een hele dag of langer.
Plaats ook andere soorten vijvervissen in je koivijver
Het is aanbevolen andere soorten vissen toe te voegen aan je koivijver. Waarom?
In een vijver die enkel en alleen bevolkt is met grote koi, worden geen insecten, wormen of andere kleine vijverdiertjes gegeten. Ze kunnen echter problemen veroorzaken.
Het werd al een aantal keren opgemerkt in ‘zuivere koivijvers’: de ongebreidelde voortplanting van kleine waterdiertjes. Soms gaat het om allerlei soorten muggenlarven, in andere gevallen zijn het wormen die de vijverslangen en de filtermedia verstoppen, soms is de waterdichting helemaal bedekt met larven van schietmotten.
Waarom in deze koivijvers en niet in andere vijvers?
Omdat grote koi wel grote insecten eten - zoals libellenlarven die de vijanden zijn van kleine waterdiertjes - maar weinig of geen interesse vertonen voor kleine waterdiertjes die dan in de mogelijkheid zijn zich ongeremd te vermeerderen. Een vijver enkel en alleen bevolkt met grote koi is ‘niet normaal’ in de natuur en is dus in onevenwicht wat betreft zijn bevolking.
Andere ‘carnivore’ vissen toevoegen is dus aanbevolen om zo een meer natuurlijke situatie te krijgen en om het aantal kleine waterdiertjes in toom te houden. Enkele aanbevolen vissoorten om toe te voegen aan je koivijver: goudwinde, sterlet, zeelt en vooral grondel.