Koivijver

De koivijver bevat liefst ook minder diepe delen. In het ondiepe water, zo ergens een 50 tot 60 cm diep, komen de vissen in het zonnetje liggen wanneer die schijnt. Ze spelen er graag en laten zich bewonderen.

Koi zijn statige, kleurrijke vijvervissen, dé troeteldieren van heel wat liefhebbers. Niet verwonderlijk want deze vissen zijn gracieus, lief en aanhankelijk.

Ben je gefascineerd door koi dan zal je deze ‘levende juwelen’ een gepast onderkomen moeten bezorgen. Richt de koivijver zo in dat hij goed onder controle te houden is. De diepte is erg belangrijk bij dit type vijver. Om de vissen een behoorlijk onderkomen te bieden is bij een koivijver een minimale diepte van 120 à 150 cm aangewezen. Het gaat immers om vissen die groot kunnen worden (tot een kleine meter lang).

De koivijver bevat liefst ook minder diepe delen. In het ondiepe water, zo ergens een 50 tot 60 cm diep komen de vissen in het zonnetje liggen wanneer die schijnt. Ze spelen er graag en laten zich bewonderen. Voor u als vijvereigenaar is het de ‘viewing area’ waar je je troeteldieren kan gadeslaan en van dichtbij bekijken, ook hun flanken en zelfs hun onderzijde.

Koi zijn grote vissen die graag bewegen. Voor een degelijke koivijver is daarom een lengte van een 6-tal meter en een breedte van 2,5 tot 3 meter aangeraden.

Vaak maakt men deze vijvers lang en smal. Daardoor is de gezondheidstoestand van al de vissen goed te controleren en kan je de koi ook vrij eenvoudig afvangen, bijvoorbeeld om naar een tentoonstelling vervoerd te worden.

Bouw de koivijver dicht bij huis om zonder veel moeite de vissen winter en zomer te kunnen verzorgen. Hij ligt liefst in de halfschaduw.

Koi hebben behoefte aan een goede waterkwaliteit. Vandaar dat een degelijke filterinstallatie een must is. De meerkamerfilter fungeert als mechanische filter en als drager voor bacteriën. Deze nuttige bacteriën breken de afvalstoffen stap voor stap af. Maar…de eindproducten van de afbraak in de filter zijn en blijven fosfaten en nitraten. De planten gebruiken deze stoffen om te groeien. Voor de planten kan men bijvoorbeeld een beekloop voorzien die het water terug laat vloeien naar de koivijver. Maak die beekloop voldoende diep en leg er substraat in. Het water wordt zo nog meer gezuiverd en ontdaan van de voedingsstoffen door de planten.

Hoewel je misschien enkel en alleen grote kois in je vijver wil houden, doe je er beter aan toch ook enkele ander vissen te voorzien.

Sterlet, zeelt en grondel ontdoen de vijverwandne van vuil en insecten.

Het is aanbevolen andere soorten vissen toe te voegen aan je koivijver. Waarom?

In een vijver die enkel en alleen bevolkt is met grote koi, worden geen insecten, wormen of andere kleine vijverdiertjes gegeten. Ze kunnne echter problemen veroorzaken.

Het werd al een aantal keren opgemerkt in ‘zuivere koivijvers’: de ongebreidelde voortplanting van kleine waterdiertjes. Soms gaat het om allerlei soorten muggenlarven, in andere gevallen zijn het wormen die de vijverslangen en de filtermedia verstoppen, soms is de waterdichting helemaal bedekt met larven van schietmotten.

Waarom in deze koivijvers en niet in andere vijvers?
Omdat grote koi wel grote insecten eten - zoals libellenlarven die de vijanden zijn van kleine waterdiertjes - maar weinig of geen interesse vertonen voor kleine waterdiertjes die dan in de mogelijkheid zijn zich ongeremd te vermeerderen. Een vijver enkel en alleen bevolkt met grote koi is ‘niet normaal’ in de natuur en is dus in onevenwicht wat betreft zijn bevolking.

Andere ‘carnivore’ vissen toevoegen is dus aanbevolen om zo een meer natuurlijke situatie te krijgen en om het aantal kleine waterdiertjes in toom te houden. Enkele aanbevolen vissoorten om toe te voegen aan je koivijver: goudwinde, sterlet, zeelt en vooral grondel.

Planten verbruiken nitraten en fosfaten en zijn daardoor onontbeerlijk voor je vijver. Zij voeden zich met deze substanties die de eindproducten zijn van de biologische filtering. Zelfs de beste filters slagen er niet in het efficiënter te doen dan de planten. Maar... veel koivijvers bevatten geen of nauwelijks planten.

Daar zijn verschillende redenen voor. Koiliefhebbers hebben graag vrij zicht op hun vissen en vrezen vaak ten onrechte dat planten parasieten zullen meebrengen. Een belangrijke reden is dat koi vaak de neiging hebben planten te vernielen. De stengels worden beschadigd en losgetrokken door de grote vissen. Ze woelen de substraten uit de korven en de plantenwortels komen bloot te liggen. Dit gedrag is echter niet universeel en hangt af van het karakter van de individuele vissen en hun appetijt.

Het is perfect mogelijk vijverplanten te gebruiken die bestand zijn tegen de koivissen: mattenbiezen, gele plomp, de allergrootste waterlelies (N. 'Gladstoniana', N. 'Pöstlingberg'). Andere planten worden in zeer ondiepe zones geplaatst waar de vissen niet bij kunnen. Vaak voorziet men een tweede vijver vol met planten die het water dat terugkomt van de filter ontvangt. Zo wordt de filtering vervolledigd. Het door de planten gezuiverde water vloeit terug naar de koivijver.